Zijn stem klinkt mat: ‘mijn boek is bijna af, maar ik vraag me steeds meer af: zullen mensen het wel fijn vinden om het te lezen? Haken ze niet voortijdig af?’ We hebben deze ondernemer begeleid van boekidee, tot een concept dat binnen zijn marketingstrategie past. [Lees meer…] overZo schrijf je een boeiend businessboek
Boeiend schrijven? Geef de praktijk een plaats!
Werk je aan een boek waarmee je je zakelijk wilt profileren? Dan is de kans groot dat je je hebt afgevraagd hoe je je boek interessant houdt. Wij komen regelmatig ondernemers tegen die ertoe neigen vooral vakkennis in hun boek te verwerken, waardoor de tekst droog wordt, niet gemakkelijk te verteren. Hoe kun je dat voorkomen en juist boeiend schrijven? Geef de praktijk een plaats in je boek.
Een boek kun je zien als een brug: de lezer bevindt zich voordat hij begint te lezen op een bepaalde plek, maar op een heel andere als het boek uit is. Als schrijver ben je dus een bruggenbouwer, je zorgt ervoor dat de lezer kan reizen: door een fantasiewereld als je fictie schrijft, of door een kennisgebied als je non-fictie schrijft. In beide gevallen is het belangrijk dat de lezer de reis als aangenaam ervaart. Je wilt toch dat hij de hele brug oversteekt nietwaar?
Bouwen met theorie en praktijk…
Je vakkennis vormt het fundament onder je brug, de basis van je boek, maar met je praktijkervaring kun je de brug versieren. De reis/het lezen wordt daardoor voor de lezer niet alleen aangenamer, en passant raakt hij er door de mengeling van praktijk en theorie ook steeds meer van overtuigd dat de gang over de brug hem iets gaat brengen. Dat je boek de moeite waard is. Dat jij als ondernemer de moeite waard bent.
Hoe kun je boeiend schrijven?
Er zijn heel veel manieren waarop je de praktijk kunt verwerken in je boek. Zo heeft een van onze klanten, die een boek heeft geschreven over zijn visie op het bankwezen, voordat hij met schrijven begon allerlei artikelen verzameld over de financiële wereld. Fragmenten daaruit heeft hij opgenomen in zijn betoog. Daarmee geeft hij de lezer even rust voordat hij weer verder gaat lezen.
Een andere klant, werkzaam als scheidingsadviseur, heeft ervoor gekozen om de probleemsituaties die ze tegenkomt in de praktijk in haar boek op te nemen als cartoons. Herkenbaar en humoristisch. Het brengt lucht in een wat zwaarder onderwerp.
Zo kun je ook uitspraken van bekende personen, recepten, quotes van klanten of medewerkers, tabellen, grafieken en foto’s, kortom: voorbeelden uit de alledaagse praktijk, gebruiken om de vakkennis die je wilt laten zien aan met je boek levendig te maken en het lezen te veraangenamen.
Boeiend schrijven, 5 tips
Elke professional die wil schrijven loopt ertegenaan: je weet veel over het onderwerp, maar boeiend schrijven, het zo opschrijven dat het voor de lezer interessant blijft, is nog een hele klus. Met deze tips kun je die uitdaging aan.
1 Schrijf het verhaal op zoals je het zou vertellen
Toen je voor het eerst achter je laptop zat, kwam je er waarschijnlijk achter dat je een boodschap op meer dan tien manieren kunt formuleren. Hoe vaak is het je al gebeurd dat je een zin maar bleef herschrijven? Steeds weer zoekend naar de ideale woorden, naar een toon die aansluit bij de lezer die je voor ogen hebt? Zo komt dat boek natuurlijk nooit klaar. Zet die innerlijke criticus opzij en schrijf de eerste versie van je boek op zoals je het zou vertellen tegen een klant die voor je staat. Daarmee zorg je er niet alleen voor dat je boek sneller opschiet, maar geef het ook al je eigen stempel mee. Dat is vertrouwd voor lezers die jou al kennen en betekent een eerste kennismaking voor potentiële nieuwe klanten.
2. Weef een stevige rode draad
Je boek heeft een boodschap. Je schrijft het met een doel: je wilt je lezers informeren, je wilt ze overtuigen of je wilt ze helpen. De lezer neemt jouw boek ter hand omdat hij geïnteresseerd is in jouw boodschap. Boeiend schrijven betekent dat je er dus voor moet zorgen dat die boodschap als een rode draad zichtbaar is in jouw boek. Dat begint bij een heldere inhoudsopgave, maar het helpt ook om de rode draad letterlijk weer even op te pakken aan het begin of eind van een hoofdstuk. Herinner de lezer er even aan: dit is mijn boodschap, dit heb je al gelezen en nu gaan we hier naartoe. En gebruik tussenkopjes in een hoofdstuk, zij zorgen ervoor dat de rode draad van het hoofdstuk – waarin je een deel van je boodschap behandelt – zichtbaar is.
3. Geef je hoofdstukken een vaste structuur
Het klinkt misschien tegenstrijdig, maar als je alle hoofdstukken op eenzelfde manier opbouwt – met een duidelijk begin, middenstuk en een afsluiting – dan maak je het de lezer gemakkelijker om door te lezen. Nu zou je kunnen denken: dat wordt heel saai, maar een lezer wil graag weten wat hij kan verwachten, weten waar hij is in een hoofdstuk en snappen op welke plekken hij even rust kan nemen. Met een vaste structuur wordt je hoofdstuk, wordt je boek voor een lezer overzichtelijk en daarmee beter te behappen.
4. Zorg voor variatie in de hoofdstukelementen
Natuurlijk is je angst bij het vorige punt gegrond: je moet wel voorkomen dat je verhaal saai wordt. In onze tijd van snelle reclameboodschappen, korte webteksten en beknopte nieuwsberichten, zijn lezers niet meer gewend aan lange teksten. Knip de informatie die je in een hoofdstuk wilt geven daarom op in kortere stukken. Zorg dat er op een pagina meer te zien is dan alleen een woordenbrij: een quote, een grafiek of tabel, een voorbeeld, een oefening of een illustratie. Kies om je lezers te boeien dus voor verschillende tekst- en beeldelementen, die wel allemaal in elk hoofdstuk steeds terugkomen.
5 zorg voor afwisselend taalgebruik
Een hoofdstuk kan nog zo gevarieerd zijn opgebouwd, de kwaliteit van de zinnen, variatie in je woordkeuze, correcte spelling en grammatica zijn ook belangrijk als je wilt dat je lezer door blijft lezen. In de eerste fase van het schrijven hoef je je hier nog niet mee bezig te houden. Pas als de eerste versie van je boek klaar is, is het moment aangebroken om eens kritisch naar je taalhantering te kijken. Lees je tekst door en registreer hoe je erop reageert. Zijn er stukken waar je aandacht verslapt? Zijn er patronen zichtbaar in je zinsbouw? Zie je veel woorden terugkomen in je tekst? Misschien zijn het stopwoordjes die je zo kunt schrappen, maar als ze echt nodig zijn zoek dan eens naar alternatieven. Synoniemen of verwijswoorden kunnen het leesgemak verhogen, zodat de lezer niet gaat afhaken. En ten slotte: vergeet niet je tekst te (laten) checken op taalfouten.